Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [49]Breng den reismantel mede, dien ik te Troas bij Karpus gelaten heb, als gij komt, en [50]de boeken, inzonderheid [51]de perkamenten. 49. Grieks phelonen. Lat. penulam; welke een mantel was, om in het reizen te gebruiken tegen regen en koude. Sommigen verstaan daardoor een koffertje, om boeken in te leggen. 50. Namelijk der heilige Schrift, of andere, handelende van Gods woord. 51. Grieks membranas; een Latijns woord, betekenende enige dunne vellen van beesten, toebereid om op te schrijven, bij ons genoemd perkamenten, omdat zij eerst in de stad Pergamos zijn gevonden en bereid.